AC Luxatie: Wat is het en hoe herstel je ervan

Een AC-luxatie, oftewel een acromio-claviculaire luxatie, is een veelvoorkomende schouderblessure die ontstaat door een val op de schouder of een val met een gestrekte arm. Deze blessure treedt op wanneer de verbinding tussen het sleutelbeen en het schouderdak beschadigd raakt, vaak in combinatie met het scheuren van gewrichtsbanden. Dit kan leiden tot een zichtbare trapstand van het sleutelbeen en klachten zoals pijn, zwelling en bewegingsbeperking. Deze trapstand wordt ook wel het pianotoetsfenomeen genoemd. 

Afspraak maken

De anatomie van het AC-gewricht

Het AC-gewricht vormt de verbinding tussen het sleutelbeen(clavicula) en het schouderdak(acromion), de stabiliteit wordt grotendeels gewaarborgd door ligamenten. Het acromio-claviculaire ligament zorgt voor de directe verbinding tussen beide botstructuren, terwijl de andere ligamenten (trapezoid en coronoid ligament) het sleutelbeen nog meer stabiliteit geven aan het schouderblad. Wanneer deze ligamenten beschadigd raken, verliest het sleutelbeen zijn steun en kan het dus omhoog verplaatsen.

Een AC-luxatie ontstaat meestal door een direct trauma, zoals een val op de schouder tijdens een sportactiviteit of een ongeluk. De mate van schade aan het gewricht en de omliggende structuren bepalen de ernst van de luxatie, die kan variëren van een milde verrekking tot een volledige ontwrichting met spier- en peesscheuringen. Zie afbeelding voor de verschillende types van een AC-luxatie. 

Symptomen en onderzoek

Een patiënt met een AC-luxatie ervaart doorgaans directe pijn aan de bovenkant van de schouder, waarbij de intensiteit afhankelijk is van de ernst van het letsel. Naast pijn kan er sprake zijn van zwelling en een blauwe verkleuring van de huid rondom het gewricht. In ernstige gevallen is een duidelijke vervorming zichtbaar, waarbij het uiteinde van het sleutelbeen omhoog staat en een trapstand vormt.

Bij het onderzoek wordt soms het ‘piano toets teken’ waargenomen. Hierbij kan het uitstekende uiteinde van het sleutelbeen met druk naar beneden worden geduwd, waarna het onmiddellijk weer terug omhoog veert. Om de ernst van het letsel te bepalen, wordt doorgaans beeldvorming ingezet. Röntgenfoto’s of echografisch onderzoek brengen de mate van ontwrichting en mogelijke bijkomende botbreuken in kaart. 

Echografie kan een waardevolle aanvulling zijn op de diagnostiek van een AC-luxatie. Dit beeldvormend onderzoek maakt het mogelijk om niet alleen de positie van het sleutelbeen en de mate van luxatie te beoordelen, maar ook om eventuele bijkomende schade aan ligamenten, pezen en spieren in kaart te brengen. In tegenstelling tot een standaard röntgenfoto biedt echografie een dynamisch beeld van het gewricht in verschillende posities, wat helpt bij het in kaart brengen van de functie van de schoudergordel. Daarnaast is echografie een snelle, veilige en niet-invasieve methode, die direct ingezet kan worden in de fysiotherapiepraktijk om het behandelplan beter af te stemmen op de specifieke schade en het herstelproces te optimaliseren.

Behandelingsmogelijkheden afhankelijk van de ernst

De behandeling van een AC-luxatie is afhankelijk van de mate van schade aan het gewricht en de omliggende structuren. Bij type 1 en 2, wordt er meestal gekozen voor een niet-operatieve aanpak. Dit houdt in dat de schouder gedurende drie weken wordt geïmmobiliseerd met een mitella ofwel sling, zodat de beschadigde structuren de kans krijgen om te herstellen. Daarnaast kunnen pijnstillers en ontstekingsremmers worden ingezet om de klachten te verlichten. Zodra de eerste fase voorbij is kan worden gestart met fysiotherapie om de beweeglijkheid van de schouder te vergroten en spierkracht op te bouwen. Gedurende de eerste zes weken wordt afgeraden om de schoudergordel zwaar te belasten om het herstelproces niet te bemoeilijken. 

Bij ernstige letsels, zoals bij sommige graad 3 en vrijwel alle graad 4, 5 en 6 luxaties, is chirurgische ingreep vaak noodzakelijk. De operatie richt zich op het terugplaatsen van het sleutelbeen in de correcte positie en het stabiliseren van het gewricht met behulp van fixatiematerialen zoals pinnen, schroeven of speciale stabilisatiekoorden. Een bekende techniek is de tight rope procedure, waarbij een sterke draad wordt gespannen tussen het sleutelbeen en het coracoid-uitsteeksel om het sleutelbeen op de juiste hoogte te houden. Op deze manier krijgen de beschadigde ligamenten de kans om te herstellen. Indien er bijkomende schade is aan het gewrichtskraakbeen, kan een AC-resectie worden uitgevoerd, waarbij een klein deel van het sleutelbeen wordt verwijderd om pijnklachten te verminderen.

Revalidatie en functioneel herstel

Het herstelproces na een AC-luxatie vraagt om een gestructureerde aanpak om de functionaliteit van de schouder zo snel mogelijk te herstellen. Direct na de ingreep of start van de conservatieve behandeling wordt in het ziekenhuis begonnen met pendeloefeningen om stijfheid te voorkomen. In sommige gevallen kan er een frozen shoulder zich ontwikkelen wanneer er niet regelmatig bewogen wordt in het schoudergewricht. Tijdens de eerste drie weken blijft het dragen van een draagverband noodzakelijk om de ligamenten optimaal te laten genezen.

Na deze eerste fase wordt voorzichtig gestart met fysiotherapie, waarbij de nadruk ligt op het verbeteren van de beweeglijkheid en het gedoseerd opbouwen van spierkracht. Gedurende de eerste zes weken worden zware belasting en bewegingen boven schouderhoogte vermeden om overbelasting van de herstellende structuren te voorkomen. De exacte behandeling wordt afgestemd op de individuele situatie van de patiënt, waarbij een evenwicht wordt gezocht tussen voldoende rust en herstel en geleidelijke belasting.

Sporthervatting is sterk afhankelijk van het type sport en de mate van herstel. Lopen en fietsen kunnen vaak al na drie weken worden hervat, mits de pijn en zwelling voldoende zijn afgenomen. Meer belastende sporten, zoals contactsporten of krachttraining, vereisen meer hersteltijd en worden in overleg met de behandelend arts gefaseerd hervat. In veel gevallen is een volledig functioneel herstel binnen drie tot zes maanden haalbaar, afhankelijk van de ernst van het letsel en de gekozen behandeling.

Praktische adviezen voor een vlot herstel

Autorijden is pas weer verantwoord wanneer de schouder voldoende beweeglijkheid en kracht heeft om veilig het stuur te hanteren. In de praktijk is dit meestal rond de vier tot zes weken na de ingreep. Het gebruikte fixatiemateriaal, zoals de tightrope, kan permanent blijven zitten en hoeft niet verwijderd te worden, tenzij het blijvende klachten veroorzaakt.

Een AC-luxatie kan een vervelend en pijnlijk letsel zijn, maar met de juiste behandeling en begeleiding is een goed functioneel herstel mogelijk. Het is belangrijk om tijdig te starten om restklachten te minimaliseren. Heb je vragen over jouw herstelproces of wil je professioneel begeleid worden? Neem contact op met Fysio Fitaal Tilburg voor een persoonlijk behandelplan en deskundige begeleiding op maat. Of lees meer over de meest voorkomende schouderklachten

Ruben Luijkx
Inhoudsopgave

Gerelateerde klachten

Schouderklachten

Schouderklachten komen regelmatig voor. Soms zijn schouderklachten ook een terugkerende blessure.

Lees meer >

Ac instabiliteit

Pijn bij het bewegen van de schouder. Er kan eventueel lichte zwelling te zien zijn…

Lees meer >

Schouderluxatie (uit de kom)

Een schouderluxatie wordt meestal veroorzaakt door een harde val en gaat vaak gepaard met pijn…

Lees meer >

Subacrominiaal pijnsyndroom (SAPS)

Klachten treden op bij het heffen of naar binnen/buiten draaien van de arm en het…

Lees meer >
Filters
Lichaamsdeel
Lichaamsdeel
Pas filters toe