Fysiotherapie na schouder operatie

Schouderklachten worden over het algemeen conservatief behandeld, wat betekent dat de klachten niet operatief worden aangepakt, maar met behulp van fysiotherapie, aanpassingen in de dagelijkse activiteiten en pijnmedicatie. Soms kan er gekozen worden voor een lokale injectie met corticosteroïden. In uitzonderlijke gevallen, zoals bij een complexe botbreuk die door een operatie gestabiliseerd moet worden, is een operatieve ingreep noodzakelijk. Bij een klein deel van de mensen met aanhoudende schouderpijn kan een operatie uiteindelijk toch een oplossing bieden, vaak na een voorafgaand conservatief beleid. Wanneer de verschillende behandelopties niet het gewenste resultaat opleveren, wordt in overleg met de orthopedisch chirurg de keuze gemaakt om te opereren. De schouder is een complex gewricht dat betrokken is bij vrijwel alle dagelijkse activiteiten, en na een operatie is het herstel van cruciaal belang om de mobiliteit, kracht en functionaliteit te herstellen. Schouder fysiotherapie speelt hierbij een essentiële rol doordat het helpt pijn te verminderen, de beweeglijkheid te verbeteren en de spieren rondom het gewricht te versterken.
Afspraak maken
Schouder Fysiotherapie

Anatomie van het schoudergewricht

Het schoudergewricht bestaat uit de humerus(bovenarm bot), scapula(schouderblad) en het clavicula(sleutelbeen). Het gewricht tussen de bovenarm en het schouderblad noemen we het glenohumerale gewricht. Het sleutelbeen met het schouderblad is het acromioclaviculaire gewricht. Een ander gewricht van het schoudergebied is het scapulothoracale gewricht. Dit is het gewricht tussen het schouderblad en de ribben. Deze gewrichten maken het mogelijk dat de schouder in veel verschillende richtingen kan bewegen. In de schouder zitten veel verschillende spieren en pezen. Deze spieren hebben als functie de schouder te bewegen en te stabiliseren tijdens de verschillende dagelijkse bewegingen. Er zijn kleinere spieren die dichter bij het gewricht zitten maar ook grotere spieren die een krachtigere functie hebben. Deze kleine spieren worden de rotator cuff genoemd, deze spieren zitten als een soort korset om de kop van de schouder. Er wordt anatomisch gezien een onderscheidt gemaakt in een lokaal spiersysteem en een globaal spiersysteem. Functioneel echter hebben ze grotendeels dezelfde functie. Bij een niet beperkte schouder is het glenohumerale kapsel, het kapsel rond het glenohumeraal gewricht is rekbaar, lang en beperkt het de normale bewegingsuitslag van de schouder niet. De functie van dit kapsel is om stevigheid te bieden in de schouder. Rond het kapsel bevindt zich het labrum. In ieder gewricht dus ook in de schouder bevindt zich synoviaal vocht, ook wel gewrichtsvloeistof genoemd. Synovium zorgt ervoor dat gewrichtsvlakken soepel kunnen bewegen ten opzichte van elkaar door wrijving te minimaliseren.

 

Soorten schouderoperaties

Schouderoperaties zijn vaak noodzakelijk wanneer behandelingen niet het gewenste resultaat opleveren. Een van de meest voorkomende ingrepen is een rotator cuff reparatie, waarbij de beschadigde pezen die essentieel zijn voor de stabiliteit en beweeglijkheid van de schouder worden hersteld. Na een dergelijke operatie begint de revalidatie met een periode van bescherming om de herstellende pees de kans te geven te genezen. Vervolgens wordt de mobiliteit langzaam teruggebracht door gecontroleerde, lichte oefeningen, waarna in een latere fase gerichte spierversterking plaatsvindt om de omliggende spieren te ondersteunen en herhaling van de blessure te voorkomen.

Bij ernstige artrose of complexe fracturen kan een schoudervervanging ofwel schouderprothese noodzakelijk zijn. Tijdens deze ingreep worden de beschadigde gewrichtsoppervlakken vervangen door een kunstmatige prothese. Het herstel na een schoudervervanging begint met een fase waarin pijn wordt verminderd en complicaties zoveel mogelijk worden vermeden. Geleidelijk aan wordt de mobiliteit hersteld, waarbij een fysiotherapeut nauwgezet begeleidt hoe het gewricht weer op een veilige manier kan bewegen. In latere stadia van de revalidatie wordt er veel aandacht besteed aan functionele training, zodat de patiënt zo snel mogelijk weer zelfstandig dagelijkse activiteiten kan uitvoeren.

Een andere ingreep is de labrum repair, waarbij het kraakbeen rond de schouderkom, dat bijdraagt aan de stabiliteit van het gewricht, wordt hersteld. Na deze operatie is een beschermende herstelperiode essentieel zodat het labrum niet overbelast raakt. Zodra de initiële fase voorbij is, worden er geleidelijk oefeningen geïntroduceerd om zowel de beweeglijkheid als de stabiliteit van de schouder te verbeteren, met als doel de normale werking van het gewricht te herstellen en de pijn te verminderen.

Naast deze operaties zijn er ook arthroscopische ingrepen, die met minimale invasiviteit worden uitgevoerd. Hierbij worden kleine incisies gebruikt om beschadigd weefsel te verwijderen of kleine scheurtjes te herstellen, vaak met behulp van een kleine camera. Doordat deze methode minder ingrijpend is, is de hersteltijd vaak korter, maar een zorgvuldig revalidatieprogramma blijft essentieel. Tijdens dit proces wordt de mobiliteit geleidelijk opgebouwd en worden oefeningen ingezet die helpen bij het versterken van de schouder, zodat complicaties en toekomstige klachten zoveel mogelijk worden voorkomen.

Elke operatie aan de schouder vereist een specifiek en geleidelijk opbouwend revalidatieprogramma, afgestemd op de aard van de ingreep en de individuele herstelbehoeften van de patiënt. Door nauwgezet te werken aan het herstel van mobiliteit, kracht en functionaliteit, draagt dit programma bij aan een veilig en effectief herstel, zodat de schouder uiteindelijk weer in staat is om de dagelijkse activiteiten te ondersteunen.

Revalideren na schouderoperatie

Na een schouderoperatie is een zorgvuldig gestructureerd revalidatieproces essentieel voor een optimaal herstel. Schouder fysiotherapie richt zich op vier belangrijke pijlers: herstel van mobiliteit, pijnvermindering, spierversterking en het herwinnen van de dagelijkse functionaliteit. Hieronder volgt een stapsgewijze uitleg van het revalidatieproces.

Eerste fase: pijnvermindering en mobiliteit

  • Pijnvermindering: Direct na de operatie ligt de focus op het verlichten van pijn. Technieken zoals warmtebehandeling, massage en elektrotherapie worden ingezet om de pijn te verminderen en ontstekingen te beperken.
  • Passieve Mobilisatie: In deze beginfase voert de fysiotherapeut passieve mobilisatietechnieken uit. Hierbij beweegt de therapeut het gewricht voorzichtig om stijfheid te voorkomen en de circulatie te bevorderen, zodat het herstel van de beweeglijkheid kan beginnen.

Vroege revalidatie: beweeglijkheid en spieractivatie

  • Actieve mobilisatie: Zodra de pijn onder controle is, wordt de patiënt aangemoedigd om zelf lichte, pijnvrije bewegingen uit te voeren. Deze oefeningen zijn gericht op het verbeteren van de beweeglijkheid van het gewricht.
  • Lichte spieractivatie: In deze fase worden simpele oefeningen geïntroduceerd om de omringende spieren te activeren. Dit helpt de patiënt om controle over de schouder te ontwikkelen en een basis te leggen voor verdere versterking.

Spierversterking en Stabiliteit

  • Gerichte spierversterking: Naarmate de mobiliteit verbetert, ligt de focus op het versterken van de schouder- en omliggende spieren. Specifieke weerstandsoefeningen worden geïntroduceerd om de spierkracht en stabiliteit te verbeteren.
  • Preventie van herhalingsblessures: Door het versterken van de spieren en het verbeteren van de stabiliteit van het gewricht, wordt de kans op herhaalde blessures verminderd. Deze fase vormt de basis voor een veilige en duurzame functionele verbetering.

Functionele training: herstel van dagelijkse activiteiten

  • Terugkeer naar het dagelijks leven: Het uiteindelijke doel is om de patiënt weer zelfstandig en zonder beperkingen de dagelijkse activiteiten te laten uitvoeren. Functionele oefeningen die bewegingen nabootsen zoals tillen, reiken en duwen, worden geïntegreerd in het revalidatieprogramma.
  • Verbeterde coördinatie en proprioceptie: Naast kracht en mobiliteit wordt er in deze fase ook aandacht besteed aan de coördinatie en het evenwicht. Dit helpt het lichaam om optimaal te reageren in uiteenlopende situaties en draagt bij aan een volwaardig herstel.

Individueel revalidatieplan

Elk persoon is uniek. Daarom wordt er door gespecialiseerde fysiotherapeuten een op maat gemaakt revalidatieplan opgesteld. Dit plan houdt rekening met:

  • De specifieke operatie die is uitgevoerd.
  • De persoonlijke herstelbehoeften en het fysieke niveau van de persoon.
  • Regelmatige evaluaties om de voortgang te monitoren en het programma waar nodig aan te passen.

Dit stapsgewijze proces zorgt ervoor dat de schouder niet alleen herstelt op het niveau van pijnvermindering maar ook op het gebied van functionaliteit, stabiliteit en mobiliteit. Zodat je uiteindelijk weer voluit kunt deelnemen aan uw dagelijkse activiteiten.

SLAP leasie

Aan de bovenzijde hecht de biceps aan op de bovenkant van de kom van de schouder. Specifieker nog aan het glenoid wat onderdeel is van het labrum. Wanneer de aanhechting dus los komt aan deze kant kan er ook wat schade zijn aan het labrum. Hier is flink wat kracht voor nodig.  In sommige gevallen hoor je iets knappen tijdens het ongeval. De arm bovenhands bewegen is vaak erg pijnlijk of zelf niet meer mogelijk. De pijn bevindt zich vaak aan de voorkant en bovenkant van de schouderkop. Een SLAP leasie komt niet vaak voor. Ook wordt de diagnose vaak gemist omdat alleen een kijkoperatie echt uitsluitsel kan geven. Over het algemeen maken we onderscheidt in 4 verschillende typen:

  • Type 1 is een gedeeltelijke scheur, de pees hecht dus nog aan
  • Type 2 is een volledige scheur aan de bovenzijde van het labrum
  • Type 3 is een buckethandle scheur, een stukje van het labrum komt dan mogelijk in de gewrichtsruimte te zitten wat beknelling en irritatie geeft
  • Type 4 is een buckethandle scheur die door loopt in de pees van de biceps

Mocht een operatie noodzakelijk zijn dat kan de bicepspees weer worden vastgezet middels een anker vaak op een hoger gelegen plek in de schouder. Na de operatie mag je 6 weken weinig tot niet belasten om het anker weer goed te laten ingroeien. Ook de bewegingen moeten fors worden beperkt en vaak zit je grote gedeelten van de dag in een sling. 2 weken na de operatie mag er voorzichtig wat worden bewogen onder begeleiding van een fysiotherapeut. Na 6 weken wordt er geleidelijk weer een opbouw gemaakt de kracht en belastbaarheid van de schouderregio.

Rotator cuff ruptuur

Een rotator cuff ruptuur is een scheur in een van de pezen die het schoudergewricht…

Lees meer >

Schouderluxatie (uit de kom)

Een schouderluxatie wordt meestal veroorzaakt door een harde val en gaat vaak gepaard met pijn…

Lees meer >

Ac instabiliteit

Pijn bij het bewegen van de schouder. Er kan eventueel lichte zwelling te zien zijn…

Lees meer >

Frozen shoulder

Frozen shoulder, ook wel bevroren schouder of adhesive capsulitis genoemd, is een aandoening aan de…

Lees meer >

Subacrominiaal pijnsyndroom (SAPS)

Klachten treden op bij het heffen of naar binnen/buiten draaien van de arm en het…

Lees meer >

Schouderklachten

Schouderklachten komen regelmatig voor. Soms zijn schouderklachten ook een terugkerende blessure.

Lees meer >

Veelgestelde vragen

Een afspraak maken bij FysioFitaal

Fysio Fitaal biedt gespecialiseerde fysiotherapie met een persoonlijke aanpak. Of je herstelt van een blessure, sportgerelateerde klachten hebt of preventief aan je gezondheid werkt, ons team van experts staat voor je klaar. Met jarenlange ervaring in sportrevalidatie, echodiagnostiek en postoperatieve zorg helpen we je effectief verder.

We werken vanuit meerdere locaties in Tilburg, altijd dichtbij voor professionele en toegankelijke fysiotherapie. Vul het contactformulier in en we nemen snel contact met je op. Samen werken we aan jouw herstel!
Schouder Fysiotherapie
Filters
Lichaamsdeel
Lichaamsdeel
Pas filters toe