Modern & meetbaar resultaat
Fysiotherapie bij patella femorale klachten.
Het patella femoraal pijnsyndroom is een verzamelnaam voor verschillende klachten aan de voorzijde van de knie, rondom de patella oftewel knieschijf. De pijn zit aan de voorkant van de knie en wordt uitgelokt door activiteiten zoals traplopen, fietsen of langer zitten met een gebogen knie(autorijden of zitten achter een bureau). De klachten ontstaan vaak geleidelijk. Het patella femoraal pijnsyndroom komt vaker voor bij jonge vrouwen in de puberteit. De reden hiervoor is nog onduidelijk maar het heeft waarschijnlijk te maken met hormonale veranderingen in het lichaam samen met overbelasting van de knie. Dit wil zeggen dat de belasting op de knie (tijdelijk) groter is geweest dan de belastbaarheid. Enkele voorbeelden zijn de start van het seizoen, ongetraindheid, maar ook bijvoorbeeld door ziekte of simpelweg een langere vakantie. Het resultaat is gevoeligheid van de knie. Eerdere blessures van de knie spelen ook vaak een rol bij het ontstaan van patella femorale klachten. De klachten zijn vaak wisselend aanwezig. Pijnvrije periodes worden afgewisseld met provocatie van klachten. Vaak zijn de klachten aan een kant. In sommige gevallen ook beiderzijds. Een zijde is dan wel vaak pijnlijker dan de andere knie.
Anatomie en functie van het kniegewricht
Een gewricht is een plaats in het lichaam waar twee botdelen samenkomen. Bij de knie is dit het femur(bovenbeen) en het tibia(onderbeen). De patella(knieschijf) vormt ook een gewricht met het femur. Tussen deze botdelen bevindt zich kraakbeen wat een heel glad oppervlak heeft zodat het soepel kan bewegen. Om het kniegewricht goed te kunnen sturen bevinden zich verschillende soorten banden in en rondom de knie. Aan de binnen en buitenkant bevinden zich de collaterale banden. Tussen het femur en het tibia zit de binnenste- en buitenste meniscus deze fungeert als een schokdemper tussen deze twee botdelen. In de knie bevindt zich de voorste- en achterste kruisband. De voorste kruisband zorgt voor passieve stabiliteit. Banden, botten, kapsels en de stand van gewrichten zorgen voor passieve stabiliteit je hebt hier geen controle over. Actieve stabiliteit wordt aangestuurd door spieren en pezen. Hier heb je dus wel controle over. De actieve en passieve stabiliteit samen bepalen hoe stabiel een gewricht is.
Diagnose van patella femoraal pijnsyndroom
De diagnose wordt vaak gesteld aan de hand van de informatie uit het vraaggesprek, huidige symptomen en aanvullend lichamelijk onderzoek. Beeldvormend onderzoek zoals een röntgenfoto of MRI zijn niet noodzakelijk en voegen niets toe. Ook worden verschillende risicofactoren in kaart gebracht die mogelijk de klachten in stand kunnen houden. Risicofactoren bij patella femoraal pijnsyndroom zijn:
- Verminderde kracht van de heupspieren
- Afwijkende stand van de knie
- Verminderde kracht van de bovenbeenspieren
- Verminderde algemene conditie
- Eerdere knieblessure
We maken gebruik van verschillende lichamelijke testen om de functie of pijnprovocatie van het patella femorale gewricht in kaart te brengen:
Laterale en mediale glide test: tijdens deze test, beweegt de fysiotherapeut de knieschijf van links naar rechts. De patiënt heeft de knie in gestrekte positie op de bank liggen. De mate van bewegelijkheid van de knieschijf wordt in kaart gebracht.
Patella apprehension: de knieschijf wordt door de onderzoeker naar de buitenkant geduwd. Bij patella femorale klachten is wordt dit vaak als onprettig ervaren. De persoon zal dit willen tegenhouden door de spieren flink aan te spannen.
Patella tilt: de persoon ligt in ruglig op de bank. De fysiotherapeut kantelt de knieschijf naar binnen toe. De knieschijf komt dus naar boven toe aan de buitenkant en zal compressie geven aan de binnenkant van de knie. De structuren die aan de buitenzijde van de knie lopen worden met name getest op stijfheid.
Decline squat test: terwijl de persoon op een helling staat op twee benen wordt er een squat uitgevoerd. De test is positief bij herkenbare pijn aan de knie. Door de helling komt er meer druk op de knieschijf te liggen wat resulteert in snellere provocatie van het te onderzoeken gebied dan wanneer er een squat wordt gemaakt zonder helling.
De behandeling van het patella femoraal pijnsyndroom
Een succesvolle revalidatie bestaat uit verschillende fases en stappen. Een goede kracht, stabiliteit en controle van de knie is noodzakelijk om veilig weer je dagelijkse activiteiten en sport te kunnen uitoefenen. Oefentherapie is het meest effectief in de behandeling van patella femorale klachten. Er moet een juiste afstemming zijn tussen voldoende rust, aanpassingen in dagelijkse activiteiten en training. Vaak is er binnen 12 weken een structurele verbetering merkbaar. In een enkel geval zal het helpen om de knieschijf te tapen. Dit is vooral een effect op de korte termijn. Tijdens de eerste fase van de behandeling wordt het afgeraden om door te sporten. Er mag zelfs wat pijn worden gevoeld tijdens het oefenen maar deze moet ook weer zakken in rust. Een gemiddeld pijnscore van 3 op een schaal van 0-10 is acceptabel. De pijn mag echter niet toenemen van dag tot dag. Heb je dus overdag meer pijn als gevolg van de behandelingen moet er weer een stapje terug worden gedaan. Naar verloop van tijd wanneer het been sterker wordt is het oppakken van je sport weer mogelijk. In de tussentijd wordt er meer een opbouw gemaakt in kracht en functie van de spieren rondom de knie. De laatste fase richt zich met name op maximaal kracht, sprongkracht en explosiviteit. Dit is allemaal nodig om snel van richting te kunnen veranderen binnen je sport. Er wordt ook naar een wedstrijdconditie gewerkt zodat je kan blijven presteren onder vermoeidheid. De kwaliteit van bewegen moet goed blijven onder deze omstandigheden.
Afspraak maken.
"*" geeft vereiste velden aan
Blogs.
No settings found for the grid #10.